Het fietsen van de Tour. Hoe train je daar voor? Ik weet niet wat drie weken aan één stuk sporten met mij doet. Laat staan de Tour de France fietsen. Ik wilde graag weten hoe profs zich voorbereiden. Maar zie die maar eens te spreken. Profs hebben daar geen tijd voor of zin in. Of ze vragen geld of zeggen nee! Dus die mogelijkheden schrapte ik al snel.Toen een fietsmaat mij doorverwees naar een trainer kwam dat best wel gelegen. Het mooie van een eigen trainer is dat hij weet wat mijn doelen zijn, mijn planning kent en wat in mijn ogen heel belangrijk is, hij levert maatwerk af. Aardige kerel met kennis van zaken en veel ervaring. De ‘klik’ is er en we besloten samen te gaan werken.

Voordat we konden beginnen moest ik eerst een sport inspanningstest doen. Aan de hand van de onderzoeksresultaten kan hij mij gericht gaan begeleiden. Sport Assisstance in Breda kan dat. Specifiek voor duursporters. Wielrenners, schaatsers en triatleten voor zowel wedstrijdsporters als voor op prestatiegerichte sporters. Dus ging ik naar http://www.sportassistance.nl/ Sport Assistance in Breda.

“Wij bieden fitnesstraining met een actieve begeleiding en wedstrijd -en topsport gerichte krachttraining. Naast training bieden wij sport specifieke inspanningstest, analyses en wedstrijdbegeleiding. Wij verzorgen opleiding, workshops en trainingstechnische ondersteuning aan individuele sporters en trainers. Binnen ons centrum in Breda zijn tevens onze samenwerkende partners gehuisvest voor fysiotherapie, sportrevalidatie en voedingsadvies. Onze sportonderzoeken zijn multidisciplinair. Ze bestaan niet alleen uit metingen op basis van fysiologische eigenschappen zoals VO2 max of lactaat toleranties. Ook biomechanische eigenschappen zoals loopeffectiviteit, reactiviteit (impuls) en spiervermogen worden gemeten. Beide eigenschappen hebben immers met elkaar te maken.”

Fijn! Laat ik dat u net zoeken. De afspraak was snel gemaakt.  Een week later kon ik al terecht. Wielerkleding aan, rugzak mee met handdoeken, bidon, klikpedalen en vooral veel goesting. Pieter Pas nam de test af. De test duurt in totaal anderhalf uur en is opgebouwd uit twee onderdelen. Het eerste gedeelte bestaat uit het geleidelijk opvoeren van de weerstand en het meten van het vermogen dat je trapt (wattages). Het tweede gedeelte is een sprinttest uit stilstand. Die heet de maximaal-test. Er wordt tijdens die testen een aantal zaken gemeten. Je lactaat waarden, dat is de mate van verzuring van je spieren bij inspanning, de VO2 max, het vermogen dat je levert (wattages), hartslag, maximaal vermogen, vetpercentage, gewicht, spiermassa,‘Laat ‘m maar eens flink zweten. Maak het hem maar eens moeilijk.’ Dat was al doorgegeven door mede eigenaar Eric de Ruijter. “Nou bedankt Eric. Ik heb het geweten en gevoeld.” Eric ken ik al wat langer en verheugde zich op het afzien van mij. ‘Dat is gelukt.” Hahahaha!Dan stap ik op de fiets, zet het zuurstofmasker op, en hoppetee! ‘Fietsen jongen.’ En op de paar minuten 30 watt weerstand er bij. Net zo lang tot ik niet meer kon. En tijdens elke stap een lactaat meting om later te kunnen vaststellen wat de verzuring in mijn bloed is. Het masker meet de zuurstof die ik in en uitadem. Alles komt aan bod. ‘Eindelijk klaar. Phoe! Lekker zweten man.’ Pieter, de inspanningsfysioloog moet er van lachen. Uitfietsen, drinken en klaar maken voorde sprinttest. Hoeveel wattages lever ik uit stilstand en kan ik maximaal op de pedalen zetten? Maximaal!! Vol door stampen tot er niets anders meer is dan niets. Leeg, op, de grenzen overschreden van denken en beredeneren. Echt leeg rijden…

De testuitslagen krijg ik via de mail in een rapport. Lezen en begrijpend lezen zijn twee verschillende zaken. Zeker bij een sportrapport of medisch verhaal. Hoe moet ik dit nu ontcijferen? Tijdens de bespreking zitten we met zijn vieren aan tafel. Het rapport in het midden. Daaromheen Eric…, mijn trainer Johan, mijn vriendin Ellen en ik. De resultaten zijn zéér positief. Allez…ik zal op mijn leeftijd met mijn aanleg geen wereldkampioen 50 plus worden. Dat is ook niet nodig. Ik ben in een uitstekende conditie. Ruim bovengemiddeld. Mijn vetpercentage, spiermassa, longcapaciteit, hartslag, vermogen. Het zit allemaal ruim boven het gemiddelde. In vergelijking met de top van het wielrennen kom ik te kort. Dat was ook niet de doel van de meting. Ik blink uit op sommige vlakken en met een wattages van 430 maximaal en een  piekvermogen van 1419 watt heb ik niets te klagen.

Mijn startpositie is bepaald. Vanaf hier gaan we opbouwen en doelgericht werken naar een topfit lichaam. Vol vertrouwen lopen Ellen en ik naar buiten. Een zucht van verlichting blaas ik uit. De gedachte dat ik het fysiek niet zou redden zou zéér ongelegen komen. En dan druk ik mij nog héél mild uit! En dan kunnen de mensen om mij heen wel zeggen dat ik het kan. Het moet ook fysiek mogelijk zijn 😉 Nu de discipline en doorzetten. De schema’s volgen, overleggen met de trainer en mijn werk en privé agenda er helemaal op afstemmen. Focus. Kiezen, doen! Eén van mijn motto’s breng ik in de praktijk. Parijs is nog ver!