Morgen is het zover. Binnen 48 uur na mijn noodsignaal kan ik terecht in het ziekenhuis voor een spoedoperatie aan mijn zitvlak. Om 11 uur melden. Het zijn spannende tijden. De arts die ik vandaag sprak zei heel nuchter “Profs fietsen hier de Tour niet mee.” Ik zei niets. Liet het binnen komen. Uren later had ik het antwoord klaar. “Ik ben geen prof maar gewoon een wielertoerist die een droom waar gaat maken. Dus dat komt goed.” Voordat ik er zo over dacht zat ik wel even in de piepzak. Van de vier slechte opties koos ik de minst slechte en met de meeste slagingskans. Niet meer fietsen. Nee! De Tour afzeggen. Nee! Opereren en alle tijd nemen en niet starten. Nee! Opereren en er alles aan doen om te starten. Ja!

De 26e juni…negen dagen voor de start in Brussel. Negen dagen herstel. Als het niet goed sterk genoeg is ga ik mee en sla wellicht de eerste etappe’s over. Ik heb mijn trainer gebeld en hij heeft alle vertrouwen in mijn herstel. Mijn bloeddruk is 113 bij 75. Rustpols 45. Gewicht 82 kilo bij 1.90 meter. Droge benen waar de aderen op te zien zijn. Ik sta scherp. Heb zoveel positieve energie en zo’n sterk gevoel dat het goed gaat komen. Nu is het rust, rust, rust en herstellen. De eerste week van de Tour herstellen en op mijn tellen letten. 

Vanmiddag fietste ik naar het winkelcentrum op mijn stadsfiets. De allerlaatste kilometers. Nog snel wat boodschappen doen en ik kocht spontaan een staatslot. Het geluk lacht mij toe. Mensen lachten naar mij, groeten en waren vriendelijk en opgewekt. Op naar 5 juli. Vive le France, vive le Tour, vive le Vélo en vive le Cor! 

PS: steek een kaarsje aan, denk aan mij. Dank je wel 🙂