Nog twee weken en dan begint de vakantie. Dan gaan ik Europa in. De voorbereidingen vorderen. Ik train, werk en sleutel aan de caravan die we pas hebben gekocht. Een Kip De Luxe uit 1992. De oude Volvo ‘Hendrik’ gaat ‘m trekken. Het is een prachtige combinatie. De Witte Volvo heeft de caravan er ook al achter gehad.

Geweldig om te zien. De aanloop naar ‘Il Lombardia’ vergt discipline en volharding. Het valt niet mee om suiker te minderen. Het snoepen van koek en chocolade gaat goed. Er is niets meer in geweest behalve een gebakje op een verjaardag. Het is niet netjes om dat af te slaan 😉 Al drie weken geen alcohol en dat bevalt prima. Mijn lichaam herstelt sneller. Afgelopen weekend kom ik daar achter. We zijn aan het proefkamperen in Midden-Limburg en ik fiets zaterdag en zondag.

Op de zondag na Het Rondje Peel ben ik fris en fruitig! Ik voel de inspanning nog wel maar het fietsen gaat vanzelf. Lage hartslag, geen vermoeidheid en een constant tempo. Als ik op de zaterdag het Rondje Peel fiets stop ik onderweg in Sterksel bij een supermarkt. “Laot die jongen maar veur, dadelijk koelt ie af, hij moet door!” zegt een vrouwke voor mij. ‘Nou bedankt mevrouw maar hier is het heerlijk koel. Dat doet mij goed.” Ze kijkt mij vreemd aan als ik aan haar vraag; “Wie heeft de ronde van Sterksel laatst gewonnen want daar train ik voor.” Ach ja… wat maakt het uit als je het niet snapt.

Ik heb er lol in en na vier halve liters sportdrank, een Mars (jaja..ik weet het, het is snoep) en een zak zoute chips en twee bananen ga ik verder. In Well onder aan de brug stop ik weer. Nu bij een tankstation. De Maasbrug is met die hitte een brug te ver. Voor mijn gevoel gaat het tergend langzaam. “Je mag hier gerust binnen blijven.” zegt de medewerkster. “Dat doe ik. Daar knap ik van op.” Het is acht uur ’s avonds en nog bijna 30 graden. Al de hele dag in de zon gereden en ik teer in. Ik eet mijn laatste twee sportrepen en tik een halve liter sportdrank naar binnen. De twee andere giet ik in mijn bidons. “Waar ga je heen?” vraagt ze. Als ik dat vertel en ook waar in vandaag kom kijkt ze mij met grote ogen aan. “In dit weer?” “Jazeker! Ook dat moet je trainen.” Ze wenst mij veel plezier en gaat de koelte in. Ik daal af langs de Maas op weg naar het Zuiden. Het gouden uur in.

Redelijk uitgepierd kom ik aan. Leeggereden. Klaar om te slapen. Maar met dik dertig graden en een hartslag die te hoog is hol je jezelf uit als je niet oplet. Hele andere koek dan dagen eerder toen ik met een fietsmaat een rondje Dinteloord deed. Ik zat toen een partij af te zien man. Niet normaal.

Het Rondje Peel gaat anders. Dat mag ook met de warmte, harde wind en alleen fietsen. Dat vraagt om stoempen, zweten en vloeken! Drinken, drinken, drinken en eten belangrijk is op zo’n dag. De juiste voeding en niet in het rood fietsen. Doseren en je verstand gebruiken. De wind zit mij dwars. Is het alleen de wind? Het is een rondje door Noord en Midden Limburg en een stuk Oost Brabant waar veel herinneringen liggen. Waar ik tot zeven jaar geleden mijn thuis had. Het huis dat ik bouwde en de huizen die ik bewoonde staan er nog allemaal.

Het fietsen van deze route was bedoeld om  het verleden een andere plek in mijn hart en hoofd te geven. Ik was de laatste tijd veel bezig met mijn wortels, Limburg en waar ik wil aarden. Dat nam grote vormen aan en de richting had ik al uitgesproken maar nog niet gevoelt. Dat het in twee dagen zover komt dat ik Limburg achter mij laat verbaasd mij. Ik voel dat mijn hoofd en hart op dezelfde golflengte zitten. “Was ik al zo ver in het nemen van afstand?” vraag ik mij af. Blijkbaar wel. Mooi!

Dat is de grote ontdekking tijdens dat weekend en specifiek de rit op zaterdag. In al die jaren is er in de regio en bij mij veel verandert. Wat ooit was is niet meer. De verbanden met mijn verleden zijn vervaagd en ze passen niet meer. Ik zocht het op, dook er in en het is nu klaar. Alleen met de vastelaovend ga ik afzakken en ga ‘truuk nor ut zuuje’.

Dat is het dan. Mijn thuis is nu ergens anders. ‘Dank je wel fiets voor je hulp.’ x